Oud Mathenesse Naamgeving Oud Mathenesse Toen ik een jaar op 6 was – verhuisde ons gezin naar de naoorlogse wijk Oud Mathenesse, ingeklemd tussen het beroemde Witte Dorp en Schiedam. Oud Mathenesse is Rotterdams meest westelijke wijk, grenst aan Schiedam en wordt doorsneden door de rustige winkelstraat Franselaan. In de driehoekige kom tussen de Schiedamseweg en Tjalklaan ligt het wereldwijd bekende Witte Dorp. Het Witte Dorp is in 1922 gebouwd als tijdelijk arbeidersdorp. Architect Oud ontwierp de witte huisjes met rode, blauwe en gele accenten. Het oorspronkelijke Witte Dorp is inmiddels verdwenen. Tijdens de nieuwbouw in de jaren tachtig bleef het stratenplan intact en ook de nieuwe woningen zijn wit. Het Witte Dorp is nog steeds een buurtje met een grote saamhorigheid. Historie Oud Mathenesse is gebouwd in de jaren 30 van de 20e eeuw in de weilanden tussen Rotterdam en Schiedam. De wijk, gelegen beneden aan de dijk van de Schiedamseweg, werd vroeger wel De Put genoemd. Maatschappelijk gezien stonden de bewoners net iets hoger in aanzien dan ongeschoolde arbeiders. Er woonden veel onderwijzers, ambachtslieden en werknemers van de scheepswerven in Schiedam. De bewoners Het Witte Dorp is een klein wijkje met zo’n 550 bewoners. Oud Mathenesse heeft circa 7.000 inwoners. Het hart van de wijk is de Franselaan die de wijk scheidt in twee buurten: de Schepenbuurt en de Landenbuurt. De wijk is door de goedkope woningen, voornamelijk portiekflats, populair onder starters. Voorzieningen De aanwezige voorzieningen zijn anno 2024 goed. De Franselaan is een doorgaande straat met winkels en het Vreelustcomplex vormt een sportieve en groene verbindingsstrook met het naburige Spangen. Even verderop ligt kinderboerderij De Bokkesprong. Vanuit Huis van de Wijk De Put zetten bewoners zich onvermoeibaar in voor de wijk: jaarlijks is er op en rond het Pinasplein een drukbezochte lentemarkt en trekken de kinderen met Halloween in optocht door de wijk. De oude middenstand is grotendeels vertrokken, met name Poolse supermarkten en Marokkaanse winkels domineren het huidige straatbeeld, dit tot ongenoegen van de wijkbewoners. Naamgeving van de wijk De wijk heeft zijn naam te danken aan de polders die er lagen, voordat Rotterdam uitgroeide tot een grote stad. Op de plek die we nu Rotterdam-West noemen, lagen vroeger de polders Oud-Mathenesse en Nieuw-Mathenesse. Deze werden gescheiden door de Schiedamse Zeedijk, die we kennen als de Mathennesserdijk. Mathenessepolder 1850 | Foto: Rotterdaminkaart.nl Waarom de polders Mathenesse werden genoemd? Mathenesse is een samenstelling van de woorden made (weide) en nes (aangeslibd land). De landheer van Mathenesse (geboren rond 1240) had zichzelf ook ‘Dirk van Mathenesse’ genoemd, terwijl zijn opa gewoon Dirk Bokel heette. Het slot van Dirk van Mathenesse stond aan de Schiedamse Schie, en werd Slot Mathenesse of Huis te Riviere genoemd. En: de ruïne staat daar nog steeds! De Mathenesserlaan, Mathenesserweg, Mathenesserdijk, Mathenesserbrug en het Mathenesserplein zijn dus allemaal vernoemd naar de polders van Dirk van Mathenesse: een simpele combinatie van weide en aangeslibt land. We verhuisden eerst naar een appartement in de Belgischestraat 22b. Later verschoven we (Voor een slaapkamer meer) naar huisnummer 24b. We zaten nog op de kleuterschool op de hoogste etage van de school aan de Brigantijnstraat. We dronken lauwe schoolmelk, wie lief was mocht de zilveren doppen doorprikken met een rietje en zilverpapier … dat spaarden we op en eenmaal per week kwam er een grote truck die alle ingezamelde aluminium doppen kwam ophalen.Zo stuurden we heel betrokken vele duizenden aluminium melkflesdoppen op naar de arme kindertjes ergens in Afrika (dachten we …) . Wat die er mee moesten doen was ons een raadsel….. Naast ons stond de Finlandiaschool aan de Brigantijnstraat hoek Laanslootseweg. Het schoolgebouw was ooit geschonken door de regering van Finland na de opbouw van Rotterdam na de Tweede Wereldoorlog. De wijk kende een drukke en gevaarlijke winkelstraat : De Franselaan. Daar verdiende de plaatselijke middenstand een redelijke boterham : Banketbakker Helmer, een bekend slager, Boekhandel van de oude heer Bolle en een slijterij van Otto & Jansen, geleid door de heer Lips. Ook een fietsenmaker De Favoriet, waar je voor een 1 cent je fietsbanden kon laten oppompen. Op de hoek met de Hogebanweg een ijs en snoepwinkel van C. Jamin en aan de overkant van de straat een van de eerste zelfbedieningsfilialen van Albert Heijn. Daarachter werd jaren later een huishoudschool gebouwd met de ingang op het Pinasplein. Op de Hogenbanweg liep de grens tussen Rotterdam en Schiedam. Soms, met de jaarlijkse kerstbomenjacht was dat wel eens onduidelijk en plaats van strijd, we kregen knok met de schoffies van de Parallelweg , een straat pal achter NS station Schiedam. We woonden in de Belgischestraat 22b/24b, dezelfde portiek als de drie jongens van Doesburg, 2 er van : Kees en Pim, ooit bekende spelers van de Spangense eredivisieclub Sparta. In deze toenmalige keurige en nette (haven)arbeiderswijk beneden aan de Rotterdamsedijk heb ik een bijzonder mooie jeugd doorgebracht !